HANNAH'S HOMEPAGE

column Hannah Bosma, Folia maart 2000

Boy Story

Als muziekwetenschapper kwam ik er eigenlijk pas na mijn studie echt mee in aanraking: het gebruik van psychoanalytische theorieën bij de interpretatie van culturele fenomenen. De manier waarop er in literatuur- en filmwetenschap met concepten en teksten van Freud en Lacan wordt gegoocheld is fascinerend en sexy, en ook heel (nodeloos?) ingewikkeld. Het is bovendien de vraag hoe zinvol deze exercities zijn. Het psychoanalytische denkkader is geen goed instrument meer om hedendaagse films mee te begrijpen, zo betoogt Patricia Pisters in haar proefschrift (UvA 1998). Een zinnig en sympathiek standpunt, want wat lijkt dat zalig, een positieve wereld zonder stereotype sekserollen, zonder mannelijke orde, Wet en Naam van de Vader/God, en zonder allesbepalende negatieve begrippen als "castratie" en "Gebrek".
           Maar wat ben ik toch vaak verbaasd hoe schokkend veel aloude elementen er zelfs in "alternatieve", futuristische of high-tech films zitten. Zo keek ik laatst weer eens naar Toy Story 1 (om me voor te bereiden op Toy Story 2) - een film die in 1995 door Disney/Pixar met de nieuwste 3D-animatietechnologie is gemaakt. Maar wat een ouderwetse rolverdeling: jongetje Andy speelt met cowboypop, spacerangerpop en soldaatjes, terwijl buurjongetje kattenkwaad uithaalt met vuurwerk en speelgoed demonteert en recombineert; maar zusje, die nauwelijks een rol speelt, houdt een theekransje met haar meisjespoppen. Cowboytoy Woody en spacerangertoy Buzz Lightyear rivaliseren, zoals het jongens betaamt. Buzz verkeert in de waan dat hij een echte machtige spaceranger is in plaats van een speeltje; deze fantasie wordt wreed verstoord wanneer hij symbolisch wordt "gecastreerd": hij ontdekt dat hij niet echt kan vliegen (maar net als ieder ander onderworpen is aan de wet van de zwaartekracht), dat de "laserbeam" in zijn arm maar een lullig lampje is, hij verliest een arm, hij ziet op tv in een commercial een magazijn vol identieke spacerangerpoppen, en hij krijgt vervolgens door zusje een dameshoedje opgezet en wordt in haar theekransje opgenomen.
           Van zo'n voorbeeldig samengaan van het cultuur-theoretische trio "castratie", "massacultuur" en "vrouwelijkheid" durf ik eigenlijk niet eens te dromen. Woody probeert Buzz vervolgens op te beuren door te zeggen dat hij juist zijn waarde ontleent aan het feit dat hij een van "Andy's toys" is, en dat besef dringt tot Buzz door wanneer hij ziet dat hij gemerkt is met, om het lacaniaans uit te drukken, "de Naam van de Vader" - op zijn voetzool staat "Andy" geschreven. Buzz is nu one of the toyboys dus. Hoe wonderlijk de theorieën ook zijn, onze wereld lijkt doordrenkt met freudiaanse en lacaniaanse fantasieën en denkkaders. Ik ben dan ook ontroerd wanneer Buzz later, inmiddels met zijn lot verzoend, tijdens een spectaculaire vrije val opgetogen uitroept: "This isn't flying, this is falling with style!"

(En Toy Story 2? Wordt vervolgd!)

HANNAH'S HOMEPAGE