HANNAH'S HOMEPAGE

De Standaard der Letteren - donderdag 5 augustus 1999, pagina 2.

Een crashcourse eigentijdse filosofie

De maskers van Madonna

De muziek van popster Madonna is gedroomd voer voor semiotici en ander intellectueel volk. Hier is een eigentijdse popster van wie je de lagen kan afpellen en van wie elke nieuwe cd een ander masker aanreikt. In Amsterdam gaf men er cursus over, en de belangstelling bleek zo groot dat er naderhand een boekje volgde.

Peter Vantyghem
--------------------------------
M U Z I E K

Hannah Bosma en Patricia Pisters lijken me niet echt doorsnee fans van Madonna Ciccone. Ze kennen de muziek van Hare Virginness weliswaar goed, maar ik vraag me af of ze er ook op dansen. En of ze liedjes als "Material Girl" of "Vogue" in volle na•viteit meezingen. Beide academische dames horen in zowel muziek als tekst dingen die de meeste fans niet eens vermoeden.
          Zo roepen volgens hen zowel muziek als beelden van "Justify my love" een erotische spanning op die tegelijkertijd mannelijke en vrouwelijke clichés ondermijnt. En ze merken op dat Madonna voor de enen een deconstructie betekent van "mannelijkheid" en "vrouwelijkheid", ter-

'Michael Jackson ergerde zich aan Madonna. Hij vond haar een "redelijke danseres, die niet kan zingen".'
wijl ze voor anderen "onder die maskers precies de positie van het machtige blanke patriarchaat behoudt."
          Wel wel.
          Wie De vele gezichten van een popster inkijkt, weze gewaarschuwd. Dit is een intellectuele knippartij in de carrière van een van de grootste massacommunicatoren van de naoorlogse Amerikaanse pop. Dit is een cursus Madonnalogie die het op de rug van zijn onderwerp tot boek heeft geschopt. Dit is een crashcourse in eigentijdse filosofie.
          Toch heb ik dit boekje graag gelezen, al betwijfel ik of het om de juiste redenen is. Door het gedachtegoed van Julia Kristeva, Jean Baudrillard, Gilles Deleuze, Camille Paglia (enzovoort, u kent het lijstje) te confronteren met een populair onderwerp als Madonna, lijkt dat onderwerp plots onverwacht complex, maar het gedachtegoed wordt opeens zo heerlijk concreet.
          Zodat niet Madonna, maar de kunst van het ontmaskeren het echte onderwerp wordt.

Madonna Ciccone was bij haar intrede meteen een dubbelzinnige figuur. Toen ze in 1983 met "Holiday" een eerste disco-hit scoorde, was net de new wave populair. In die koele, ernstige stijl paste dat blonde wicht niet. Meest gehoorde kritiek dus: dat ze zich naar de top wilde neuken.
          In die tijd waren niet veel vrouwen actief in de popmuziek. Zij die het probeerden te maken, moésten wel fout zitten. Michael Jackson ergerde zich aan Madonna. Hij vond haar een "redelijke danseres, die niet kan zingen. Wat ze best doet is zichzelf verkopen."
          En naarmate de zangeres steeds meer een blijver leek te worden, werd de kritiek op haar persoon verfijnder. Critica Martha Bayles vindt haar in Hole in my soul ijselijk decadent en "een ikzuchtig, manipulatief mens wiens bezorgdheid in anderen en vertrouwen in God enkel uitgedrukt worden als het haar direct uitkomt".
          Maar Madonna werd een wereldster, die niet alleen de massa liet dansen en zingen, maar ook discussie bleef uitlokken. Haar stunts zijn bekend. Ze wentelde zich in sneeuwwitte jurk, like a virgin, op de grond voor MTV Awards-kijkend America. Zong in "Papa don't preach" tegen abortus, dacht men. Maakte een boek met naaktfoto's, zei vreemde dingen over haar vader in de documentaire Truth or dare, noemde haar dochter Lourdes en werd onlangs spiritueel herboren in Indisch licht.
          In dat parcours van liedjes en video's zoeken Bosma en Pisters naar rode draden en diepe patronen. En dan blijkt algauw dat Madonna meer is dan een entertainer. "Pornografie, censuur, tienerzwangerschap, heiligschennis, feminisme, ras, homo-, hetero- en biseksualiteit, postmodernisme: belangrijke kwesties zijn rond Madonna's werk aan de orde gekomen."
          Maar even belangrijk als die kwesties is te weten wie de schrijfsters zijn. Want het is hun blik die ons in deze analyse van het fenomeen-Madonna rondleidt. Hannah Bosma is de muzikale stem: ze is verbonden aan het Elektro-Akoestisch Repertoirecentrum. Patricia Pisters werkt mee aan het filmtijdschrift Skrien. Beiden hebben ook iets met de Universiteit van Amsterdam.
          Muzikale analyse en filmontleding: dat zijn de motoren van dit boek. De universiteit levert de taal, en Madonna de stof.

Het boek is thematisch ingedeeld in zeven hoofdstukken. Men streeft niet naar een biografische lijn, noch naar een volledige inventaris. Veeleer zoekt het boek naar inzicht, om de oren (en ogen) te openen. Omdat Madonna's werk dat verdient.
          Al meteen wordt duidelijk dat de auteurs op twee paarden wedden. Enerzijds lezen we over Madonna, anderzijds krijgen we les in eigentijdse wijsbegeerte. De lijst denkers die hier aanschuift, is indrukwekkend, en omdat de au- teurs keurig uit de doeken doen wat hun basisideeën zijn, wordt dit algauw het heerlijke college dat je aan de universiteit te zelden krijgt.
          Wat leren we? Dat Madonna muzikale en visuele stijlen van pop combineert met het auteurschap, de creativiteit en de poli- tieke ambities van rock (Adorno, Lisa Lewis). Dat haar werk zo veellagig is dat de kijker niets op- gedrongen wordt, waardoor hij/ zij zelf betekenis kan construeren (Fiske).
          Dat Madonna over verlangen kan zingen zonder zich te verliezen in extatische kreten. Dat ze de ware feministe is (Paglia). Dat haar video voor "Express yourself" een voorbeeld van simulatie is (Foucault, Deleuze). Dat "Live to tell" subtiel speelt met de dreigende (dus mannelijke) toonsoort D mineur en met de afwijkende (dus vrouwelijke) toonsoort F majeur.
          En nog veel meer van dat.
          Het eerste hoofdstuk handelt over het verschil tussen hoge en lage cultuur. Daarna volgt een socio-musicologische benadering van popmuziek. Het feminisme is de derde filter waardoor Madonna wordt gezeefd. Dan komen we bij de muziek, het rolpatroon van Hollywood-sterren, de ware Madonna tegenover de onechte, om ten slotte bij haar stem uit te komen.
          En telkens blijkt het onderwerp ongrijpbaar. De auteurs houden er immers van de gevestigde visie om te draaien, en hanteren daarbij meestal vrouwvriendelijke theorie‘n.
          Een mooi voorbeeld is hun kritiek op socioloog Simon Frith. Die mist in Madonna's cd Erotica de spanning tussen zangeres en producer die nodig is om een goeie plaat te maken. Madonna's stem is te dun om een dramatische strijd te veroorzaken, vindt hij. Maar Bosma en Pisters schuiven de échte machtsverhouding naar voor: het is de zangeres die de producer aannam en betaalde. Dat Frith de remixen van Erotica-songs beter vindt, zegt vooral veel over hemzelf: het is immers daarin dat de zangeres zichzelf uit handen geeft.

Popmuziek is al jaren een studieobject voor de intelligentsia. Vooral in Noord- Amerika worden hiphop, vrouwenpop, folk en tegenwoordig dance zonder problemen bestudeerd vanuit historische, artistieke, politieke, sociologische en vele andere invalshoeken. Vaak hebben die studies de neiging perfect te lijken binnen het raam van hun eigen logica.
          Ook hier is het goed soms eens van buiten naar binnen te kijken. Ik mis in dit boek een aantal factoren, en te vaak ontbreken die omdat ze niet in het denkframe passen.
          Een voorbeeld: wie Madonna haat, ziet haar als hoer, vulgair, heidens, slecht, anti-intellectueel, gekunsteld, niet respectabel, vinden de auteurs. Dat is toch wel eng en vooringenomen bekeken. Maar het beeld dient de verdere uitwerking van het boek, dat sterk zal inspelen op de oude mannelijke angst voor onafhankelijke vrouwen.
          Die vrouwelijke denktrant gaat soms wat normerend werken. Het wordt Madonna als verdienste aangerekend, dat ze op een bepaald moment zo populair en machtig werd dat ze in &eactue;én adem met Prince en Michael Jackson werd genoemd. Maar dan moeten de auteurs consequent zijn, en Madonna voor sommige kwesties ook als artiest en niet als vrouw bekijken.
          En vanuit dat gezichtspunt mag best worden gezegd dat sommige van de songs van deze artieste zwak zijn, dat ze geen grote zangeres is, dat ze een haai is in een vijver met andere haaien, en dat haar maskers soms bijzonder transparant zijn - lees er haar teksten op haar jongste cd maar op na. Dat is niet de vrouw bekritiseren, maar de hmmo msnteveebeperkte creativiteit.
          Maar tegelijkertijd is Madonna fascinerend, en vind ik veel van haar nummers (vooral uit de beginperiode) boeiend en fris. In dit college leerde ik dat er nog veel meer achter zit dan ik vermoedde. Dat doet me niet van mening veranderen, maar wakkert mijn nieuwsgierigheid aan eens anders te gaan luisteren naar liedjes die ik maar niks vond.
          Daarom is dit een interessant boekje.

HANNAH BOSMA & PATRICIA PISTERS,
Madonna. De vele gezichten van een popster.
Prometheus, Amsterdam,
206 blz., 495 fr.

HANNAH'S HOMEPAGE